Door: Thomas Dillema
Voor een gebarsten scherm, kapotte batterij en waterschade aan je telefoon, laptop of bluetooth speaker moet tegenwoordig diep in de buidel worden getast. Veel elektronica gebruikers verkiezen hierom de aanschaf van een nieuw toestel boven reparatie. Mogelijk komt hier snel verandering in. In april van dit jaar is er in het Europees Parlement namelijk gestemd voor wetgeving die producenten dwingt reparatie van kapotte elektronica voor consumenten eenvoudiger en goedkoper te maken.
De 21-jarige in Zwolle wonende Helen Kraa liep al een aantal maanden rond met een kapotte iPhone. “Die oude deed niks meer. Het scherm was kapot en hij reageerde nergens meer op.” Het moment om afscheid te nemen van haar telefoon heeft ze lang uitgesteld. “Omdat ik het gewoon veel te duur vind. Nu heb ik uiteindelijk toch een iPhone 12 aangeschaft, zodat ik weer even door kan.” Kiezen voor reparatie was geen optie. “Dan betaal je bijna net zoveel als voor een nieuwe telefoon”, legt ze uit.
Wetgeving
Daar gaat mogelijk verandering in komen. In april van dit jaar heeft het Europees Parlement gestemd voor de zogeheten Right to Repair wet. Deze wet moet consumenten makkelijker in staat stellen hun elektronica zelf te repareren en voor een lagere prijs reparatie bij het bedrijf in kwestie mogelijk gaan maken. Met 509 stemmen voor, drie tegen en 13 afwezigen stemde het overgrote deel in met dit wetsvoorstel. Dit sluit aan bij de bereidwilligheid van de Europese consument. Volgens een onderzoek van de Eurobarometer naar de verhouding tussen burger en digitalisatie blijkt dat 79 procent van de Europeanen het ermee eens is dat fabrikanten de reparatie van elektronica toegankelijker moeten maken. Daarbij zou 25 procent het zelfs geen probleem vinden als ze daarvoor wat bij moesten betalen. Zo ook Kraa: “Het is natuurlijk wel zonde dat je zo’n telefoon meteen weg moet doen als ie het niet meer doet. Als deze wetgeving er nu al was geweest, was het voor mij veel aantrekkelijker om voor reparatie te kiezen.” De bedragen die de consumenten bereid waren te betalen aan reparatiekosten varieerden afhankelijk van het product. Voor een smartphone was de gemiddelde Europeaan bereid maximaal 97 euro neer te leggen. In vergelijking: op dit moment betaal je alleen al voor de reparatie van een iPhone 13 scherm rond de 340 euro.
Dergelijke prijzen doen consumenten sneller besluiten voor nieuwkoop te kiezen, waardoor producten sneller in de afvalbak verdwijnen. Op de website van rijksoverheid staat te lezen dat de hoeveelheid elektronisch afval in het jaar 2019 liefst 409 miljoen kilo bedroeg. Van dit afval is ruim 48 procent ingezameld en gerecycled (NWR, 2019). Er moet nog veel gebeuren om aan de Europese doelstelling van 65 procent te voldoen. De mogelijkheid tot reparatie van elektronica moet er uiteindelijk toe leiden dat er minder nieuwe apparaten worden aangeschaft om zo verspilling tegen te gaan.
Repaircafé
In een door Stichting Repaircafé International en Natuur & Milieu opgesteld rapport uit 2019 wordt de nadruk hier gelegd op de repareerbaarheid van apparaten. “Als reparaties niet lukken, is dat vaak omdat producten niet uit elkaar kunnen, onderdelen niet te repareren zijn en er nauwelijks documentatie aanwezig is waarop een reparateur zich kan baseren.” Volgens de twee organisaties vereist de transitie naar een circulaire economie dat producenten hier verandering in brengen.
Het wetsvoorstel van het Europees Parlement wordt daarom door Repaircafé International met enthousiasme begroet. “Er is nu al een beperkte Right to Repair wetgeving die voor wasmachines, afwasmachines, schermen en koelkasten geldt. Daarvoor moeten producenten al reparatie informatie verstrekken aan de consument. Wat ons betreft moet dat recht op reparatie worden uitgebreid naar alle producten en alle reparateurs”, vertelt Martine Postma, bedenker van Stichting Repaircafé international. Hoelang het gaat duren voor giganten als Apple zich gaan aanpassen als de voorgestelde Europese wetgeving eenmaal doorgang krijgt is volgens Postma maar de vraag. “Dat gaat zeker nog jaren duren. Apple heeft verleden jaar aangegeven dat ze zelfreparatie voor het eerst gaan toestaan. Dat blijkt nog niet ideaal. Je moet dan een gereedschapskist van Apple lenen van zo’n 80 kilo met 100 euro borg. En die gereedschap is dan vervolgens totaal onbekend bij de gewone burger of reparateur die daardoor niet weet wat ie ermee aan moet.” Toch ziet Postma iedere stap als een stap in de goede richting. “Zo’n initiatief is natuurlijk een muizenstap. Maar de eerste computer was ook een gigantisch log ding. En kijk eens waar we nu zijn. Als we blijven duwen komen we er wel. Maar zeker niet van vandaag op morgen.”
Ook volgens Renske van den Berge, die promotieonderzoek doet aan de TU Delft naar circulair product design, kan er niet verwacht worden van bedrijven dat ze zich meteen naar de nieuwe wetgeving zullen schikken. “Het is, gezien het huidige businessmodel, dat vooral gericht is op de verkoop van nieuwe producten, niet realistisch om van die bedrijven te verwachten dat ze meteen overschakelen.” Volgens de onderzoeker is het van belang dat het niet alleen bij wetgeving blijft. “Er is namelijk niet één schuldige. Je moet samen met die bedrijven gaan kijken naar een manier om hun businessmodel te veranderen.”
Mediamarkt
In de eerste instantie zouden deze ontwikkelingen voor bedrijven die hun inkomsten te danken hebben aan de verkoop van elektronica een doorn in het oog kunnen zijn. Daar denken ze bij elektronicamagnaat Mediamarkt echter anders over. “Wij vinden het een goede trend. Daarnaast zie je ook dat veel producenten al stappen in die richting zetten”, laat hoofd communicatie Mediamarkt BeNeLux Edward Verheij weten in een reactie. “En we zien het ook zeker niet als een bedreiging voor onze omzet. Wel zal het mogelijk leiden tot een ander businessmodel.” Met het zelf opgezette keurmerk BetterWay wil het bedrijf elektronicagebruik gaan verduurzamen. “Een onderdeel daarvan is dat we de levensduur willen verlengen, dus we stimuleren reparatie.” Verheij vertelt dat er inmiddels een fors aantal producten is getest op productie, levensduur en recycling. “Tot op heden voldoet slechts een deel van de producten aan de BetterWay criteria, doordat de beoordeling door externe onafhankelijke instituten plaatsvindt, maar het aanbod BetterWay producten zal in de loop der tijd gaan groeien. Daarmee krijgt de consument een ruime keuze uit duurzame elektronica. We hopen hiermee consumenten bewust te maken en leveranciers te stimuleren producten te maken die het BetterWay logo verdienen.” Om de enorme hoeveelheden e-waste tegen te gaan probeert Mediamarkt zich met BetterWay ook op andere manieren in te zetten. “Zo hebben we tegenwoordig ook een GSM ATM staan waar klanten hun oude smartphones in kunnen leggen. De machine checkt dan de staat van de telefoon en bepaalt hoeveel de consument hiervoor in waarde kan ontvangen. Die waarde kan de consument vervolgens weer inzetten om een nieuwe smartphone te kopen.”