Door: Serena Caruso

Weet je nog toen je vroeger met je ouders naar de speelgoedwinkel ging? Glimmende brandweerauto’s en de mooiste barbiepoppen; en dan het moment dat je één ding uit mocht zoeken! Je herinnert je misschien het speelgoedje zelf wel, maar weet je ook waar dat nu gebleven is? Is het weggegooid, naar de kringloop gebracht of ergens op straat verloren? Plastic speelgoed kan een negatieve impact hebben op het klimaat. Zo zorgt het produceren, maar ook het verbranden hiervan voor een hoge uitstoot aan CO2. Recyclen is daarom essentieel, maar gebeurt niet altijd. Zo belandden er in 2019 in Frankrijk al meer dan 40 miljoen stukken speelgoed bij het afval, volgens onderzoek van Dagoma. 

Tegenwoordig liggen winkels vol met speelgoed die binnen de kortste keren kapot gaan. Anous Kievit, moeder van vijf kinderen, herkent dit probleem. “Ik kocht een keer een Barbie van een imitatiemerk. Bij het openmaken van de verpakking viel er gelijk al een been af,” vertelt ze. Wat kunnen we hiertegen doen?

Spelen met suikerriet
Speelgoedbedrijf BioBuddi is opgericht in 2017 en focust zich op de productie van educatief en duurzaam speelgoed. Zij produceren plastic van de reststoffen van suikerriet. Hierdoor is het materiaal milieuvriendelijk en bio-based, wat betekent dat het gemaakt is van hernieuwbare grondstoffen. Nog een pluspunt: dit materiaal heeft geen invloed op de voedselketen, wat je soms ziet bij speelgoed dat gemaakt is van maïs. Het suikerriet wordt namelijk niet speciaal gepland voor de productie van speelgoed. 

Na lang onderzoek is het BioBuddi gelukt om materiaal te produceren dat qua hardheid vergelijkbaar is met dat van ABS-plastic, waar LEGO bijvoorbeeld van wordt gemaakt. Verder is het goed te recyclen is en geeft het weinig uitstoot bij verbranding. “Alle materialen worden bij ons gerecycled. Stel er blijft iets over bij het productieproces, dan wordt het opnieuw omgesmolten en gebruikt,” vertelt Nijssen, algemeen manager van het bedrijf.

De missie van het bedrijf is duidelijk: het maken van producten die veilig zijn en niet het milieu waarin we leven beschadigen. Toch begrijpt Nijssen wel waarom ouders soms wel voor goedkopere artikelen kiezen in plaats van duurdere, duurzame artikelen. “Het is lastig voor de consument om in te schatten wat lang meegaat. Soms kan je uitgaan van de prijs, maar dit zegt ook niet alles.” 

BioBuddi’s missie is om naast duurzaam, ook educatief speelgoed te maken. Tijdens het spelen leren kinderen meer over duurzaamheid. “We willen niet alleen een product dat duurzaam is, maar ook aan kinderen leren wát dat is en hoe we dat doen. We willen bewustzijn creëren. Ik denk dat de nieuwe generatie daar klaar voor is en zelfs al meer bewust zijn dan oudere generaties.”

Spiel Gut keurmerk
In Europa moet speelgoed voor kinderen onder de 14-jaar een CE-markering krijgen. Hiervoor wordt gekeken naar de eventuele risico’s, fysische, mechanische, chemische en elektrische producteigenschappen en naar ontvlambaarheid, hygiëne en radioactiviteit van speelgoed. In Duitsland kennen ze nog een extra certificaat, namelijk ‘Spiel Gut’, die bovenop het Europa-wijde CE-keurmerk wordt uitgereikt. Hierbij wordt naast de veiligheid en het ontwerp ook gekeken naar in hoeverre het speelgoed het kind stimuleert, de speelmogelijkheden en naar levensduur en milieuvriendelijkheid. 

Sinds 1954 is Spiel Gut een onafhankelijke organisatie die zich inzet om consumenten bewust te maken van kwaliteitsspeelgoed. Het wordt vanuit de Duitse overheid gesteund door het Duitse ministerie voor familie, senioren, vrouwen en jeugd. Het certificaat is een van de belangrijkste en meest gerenommeerde onderscheidingen voor goed en pedagogisch waardevol speelgoed in Duitsland.
Elk bedrijf kan zich aanmelden voor een ‘Spiel Gut-certificaat’, ook buiten Duitsland. Zo is het certificaat al uitgereikt aan speelgoed in Australië, Japan, Argentinië, Egypte, India en grote delen van Europa. Hoe krijg je het oranje certificaat? Het speeltje wordt enkele weken of maanden getest door verschillende proefgezinnen die hun ervaringen doorgeven aan een groep professionals van Spiel Gut. Deze groep bestaat uit experts uit de wetenschap, praktijk en specialistische gebieden zoals onderwijs, technologie, milieubescherming, design, psychologie en sociologie. Zij bepalen vervolgens of het speelgoed voldoet aan de criteria en of het bedrijf het certificaat verdient. Volker Mehringer, docent aan de universiteit van Augsburg is daar één van deze professionals. 

Het Spiel Gut-keurmerk richt zich wel op duurzaamheid, maar de focus ligt hierbij op de levensduur en niet per se op het milieu. Mehringer legt uit: “De verschillende criteria zijn vooral gericht op speelplezier. ‘Is het veilig en is het ook leuk? Wat wij ook belangrijk vinden is het educatieve aspect. Leren kinderen iets tijdens het spelen? Dit alles geeft antwoord op onze hoofdvraag, namelijk: is het een kwalitatief product? Natuurlijk kijken we hierbij ook naar de levensduur. Wij testen het voor enkele maanden, maar we stellen onszelf altijd de vraag: zou je dit speelgoedje aan de volgende generatie kunnen doorgeven? Hoe langer het speeltje meegaat, hoe beter het is.”

Mehringer vervolgt: “Het is voor niemand prettig als speelgoed snel stuk gaat. Voor ouders is het frustrerend dat ze geld hebben gespendeerd aan iets van slechte kwaliteit, maar ook voor het kind is dit vervelend. Een keurmerk dat specifiek gericht is op duurzaamheid, creëert bewustzijn omtrent dit thema, wat belangrijk is. Wij hebben bij Spiel Gut nog geen apart criterium hiervoor, maar we zijn constant bezig met innoveren. Misschien is dit iets voor in de toekomst.”

Zou het invoeren van een Nederlandse variant van Spiel Gut een oplossing bieden tegen de speelgoedjes die na één keer spelen in de prullenbak verdwijnen? Nijssens vindt het geen gek idee: “Een keurmerk zou een oplossing kunnen zijn om te verduurzamen. Het is dan wel essentieel dat er één keurmerk komt, zodat het ook voor de consument duidelijk is.” 

Ondanks dat er nog geen plannen zijn voor een Nederlands duurzaamheidskeurmerk, zijn er wel dingen die we kunnen doen. Het is belangrijk om speelgoed te recyclen, in plaats van weg te gooien. Nijssens voegt daaraan toe: “Ondanks dat onze productie al minder uitstoot geeft, is dit niet dé oplossing, maar wel het beste om nu te doen. Het meest ideale zou natuurlijk zijn om helemaal niet meer te consumeren.” Tweedehands speelgoed kopen bij bijvoorbeeld een kringloop is een stap in de goede richting. Naast dat het duurzaam is, vind je die glimmende brandweerauto of mooie barbiepop meestal voor een klein prijsje. Dat doet moeder Anous Kievit nu ook, vertelt ze: “Bij de kringloop is het niet alleen betaalbaarder, maar er is al mee gespeeld door anderen. Het heeft zijn degelijkheid dus wel bewezen.” Win-win dus.